Vergeet industriële isolatie niet in Klimaatakkoord
Vergeet industriële isolatie niet in Klimaatakkoord
Het voorstel voor een Klimaatakkoord dat minister Wiebes van Economische Zaken en Klimaat naar de Tweede Kamer stuurde, mist één belangrijke besparingsmaatregel: industriële isolatie. De voorzitter van De Nederlandse Vereniging van Ondernemers in het Thermisch Isolatiebedrijf (VIB) Hans Koole, vindt dan ook dat deze vorm van energiebesparing een groter aandeel moet krijgen.
Hoewel isolatie wel tien keer wordt genoemd in het voorstel voor een Klimaatakkoord van minister Wiebes, is dit alleen voor het deel gebouwde omgeving. De industrie leunt in het document met name op elektrificatie, waterstof, en groen gas. ‘Allereerst is het jammer dat het Klimaatakkoord toch een politieke beslissing dreigt te worden’, zegt VIB voorzitter Hans Koole. ‘De klimaattafels waren een goede afspiegeling van de actoren in de energietransitie en zorgde voor een goede balans in de voorstellen. Het is dan ook nog afwachten of het voorstel ook integraal wordt overgenomen door de Tweede Kamer.’
Energiebesparing
Koole mist vooral een duidelijke ambitie voor energiebesparing. ‘In de trias energetica is energiebesparing nog altijd de goedkoopste optie’, zegt Koole. ‘Wij berekenden in 2012 al dat de besparingspotentie bij industrie en energiebedrijven op zo’n 31 Peta joule neerkomt. Dat die potentiële besparingen nog niet allemaal zijn doorgevoerd, heeft met name te maken met de hiërarchie binnen de industriële keten. De industrie betrekt isolatiebedrijven niet bij het opstellen van verduurzamingsplannen. Anderen dan de echte experts wegen de risico’s van isolatie af tegen de voordelen van energiebesparing. Dan overheerst vaak de angst voor bijvoorbeeld corrosie onder isolatie of men vreest een beperkte toegang tot kritische afsluiters. Allemaal risico’s die wel bestaan, maar waar onze isolatie-experts ook goede oplossingen voor kunnen leveren.’
Restwarmte
Dat er in het voorstel meer aandacht is voor de uitkoppeling van restwarmte vindt Koole wel positief. ‘Het isoleren van installaties en leidingen heeft natuurlijk geen zin als bedrijven de bespaarde warmte aan het einde moeten wegkoelen. De warmtepotentie van de industrie is zeer groot, maar dan moet die warmte wel bij de gebruikers komen. Hier zou de centrale overheid scherper moeten stellen hoe dat wordt gerealiseerd. En dus moet ze een grotere rol spelen, als regisseur van de energietransitie. Dit is ook precies het commentaar dat de Europese Commissie heeft op het ontwerp Klimaatakkoord van december 2018. De EU verwacht hogere ambities van Nederland en meer duidelijkheid hoe die zullen worden behaald.’
Handhaving
Dat het beleid in de praktijk nog wel eens tekortschiet, merkt Koole bijvoorbeeld bij de verplichting die bedrijven hebben om energiebesparende maatregelen met een terugverdientijd onder de vijf jaar door te voeren. ‘De handhaving van die maatregel is echter onvoldoende, waardoor bedrijven investeringen voor zich uit blijven schuiven.’
Samenwerking
Intussen zitten de isolatiebedrijven niet stil. ‘Zeker nu de isolatiesector en de industrie kampen met grote tekorten aan vakmensen, is het nodig om de samenwerking met de bedrijven in de (petro)chemische en raffinage-industrie te intensiveren. Door gebruik te maken van de kennis en expertise van isolatiebedrijven van de installaties en de thermische isolatie van de assets, kunnen de integriteit van de installatie en de uitdaging die de energietransitie de industrie oplegt, hand in hand gaan. ’